Vijf tips om je airco efficiënt te gebruiken

Een lucht/lucht warmtepomp is een energiezuinige verwarmings- en koeloplossing, zelfs voor woningen in zeer warme of zeer koude klimaten (tot wel -25 °C). Hier zijn enkele manieren om je systeem te optimaliseren voor een comfortabele leeftemperatuur het hele jaar door.

In de winter is een warmtepomp een energiezuinigere verwarmingsoplossing dan een ketel of een kachel, terwijl je de warmtepomp in de zomer als airconditioner kunt gebruiken. Wil je het meeste uit je systeem halen? Onthoud dan het volgende:

Streef naar stabiliteit

Probeer het systeem in te stellen op een constante, comfortabele temperatuur, in plaats van de temperatuur te verhogen of te verlagen voor een stoot warme of koude lucht. Op die manier zorg je voor maximale energiezuinigheid. De automatische modus is een goede manier om de temperatuur consistent te houden, omdat het systeem dan automatisch de ruimte verwarmt of koelt. Stel de temperatuur anders in voor de zomer dan voor de winter, zodat je het niet te warm of te koud krijgt voor de tijd van het jaar en niet onnodig energie verbruikt. 21 °C is aangenaam als het buiten vriest, maar voelt ijskoud aan als het buiten snikheet is.

Het binnendeel van je lucht/lucht warmtepomp meet de ruimtetemperatuur. In tegenstelling tot vloermodellen, moet je een hogere temperatuur instellen voor systemen die hoog op de muur of in het plafond zijn gemonteerd; warme lucht stijgt namelijk op. Onthoud dat deze temperatuurinstelling bij een lucht/lucht warmtepomp verschilt van de temperatuurinstelling die je zou gebruiken bij een cv-ketel.

Begrijp de verschillende modi

Je systeem heeft verschillende modi voor verschillende scenario’s. Hoewel je in de meeste gevallen het beste de automatische modus kunt gebruiken, is het soms verstandig om een andere modus te gebruiken. Als je bijvoorbeeld een open haard hebt aangestoken, of als er op een koude dag veel zonlicht binnenvalt door de ramen, zal het systeem de ruimte proberen af te koelen als het in de automatische modus staat. In dat geval kun je beter de verwarmingsmodus gebruiken. Op warme dagen kun je voor de koelmodus kiezen, terwijl je voor meer luchtcirculatie gebruik kunt maken van de ventilatormodus. Er is ook een ‘Dry’-modus om je ruimtes te ontvochtigen.

Houd deuren en ramen gesloten

Je wilt natuurlijk stabiele, consistente temperatuur in de ruimte en niet dat je systemen de buitenomgeving verwarmen of koelen. Door de deuren in je woning te sluiten, blijft de temperatuur behouden die je hebt ingesteld voor elke ruimte (als je bijvoorbeeld wilt dat je woonkamer warmer is dan je slaapkamer). Op die manier voorkom je bovendien dat er vochtige lucht uit je badkamer ontsnapt en de koelmodus of de ontvochtiger (Dry-modus) in een andere ruimte inschakelt.

Let op de luchtstroom

Je kunt de luchtstroom omleiden of de ventilatorsnelheid van de binnendelen van je verwarmingssysteem aanpassen om verwarmde of gekoelde lucht verder door de ruimte te verspreiden. Zorg ervoor dat lucht altijd vrij door de ruimte kan stromen. Als er meubels in de weg staan, kan de lucht niet efficiënt circuleren. Dit geldt ook voor het buitendeel van je warmtepomp: installeer het buitendeel dus uit de buurt van grote planten en struiken.

Reinig en onderhoud je systeem

Reinig regelmatig de stoffilters van je binnendelen om je systeem in de beste staat te houden. Zorg er ook voor dat er geen bladeren of ander vuil in je buitendeel terecht komt. Als je in een gebied woont waar veel sneeuw valt, moet je het systeem niet op de grond installeren. Het systeem heeft dan misschien ook een sneeuwkap nodig. Daarbij moet je je systeem ieder jaar door een professional laten onderhouden.